momo jazzreductie

momo jazzreductie, extra info

de naam

De analyse draait vooral om de keuze 'moduleert het wel, of moduleert het niet', vandaar 'momo'.
Een complex akkoordenschema reduceren tot alleen aangeven in welke toonsoort je kunt improviseren (en waar het eventueel verandert), gaf aanleiding tot de titel 'reductie'.
Daarmee was de naam 'momo jazzreductie' geboren.

inhoud van de cursus

Dit is een compacte cursus over akkoordtheorie, ontworpen om je in staat te stellen akkoordenschema's snel en effectief te analyseren. Je leert hoe je de schema's kunt opdelen in stukken met dezelfde toonsoort en hoe je modulaties (toonsoortwisselingen) kunt herkennen. Dit stelt je in staat om op een eenvoudige en natuurlijke manier te improviseren, zelfs over schijnbaar complexe akkoordenschema's.

De volledige theoretische basis van deze cursus past op slechts vier A4-tjes, waarvan je eigenlijk maar een klein deel uit het hoofd hoeft te kennen. Wat echt van belang is, is dat je praktische ervaring opdoet met het analyseren van schema's en vertrouwd raakt met de meest voorkomende afwijkingen van de theorie. Mede hierom beslaat de cursus vijf lesuren.

Het eerste uur wordt besteed aan het doornemen van de theorie en het analyseren van enkele standaardakkoordenschema's. In de volgende lessen krijg je de kans om zelf enkele nummers te analyseren, die we dan samen zullen bespreken.
Na het voltooien van de cursus ben je natuurlijk van harte welkom voor vervolglessen. Deze kunnen je helpen bij het verdere toepassen van de methode in je improvisaties en het uitbreiden met versieringen en akkoordspecifieke 'extra' noten.

de achtergrond

Er zijn verschillende manieren om met een akkoordenschema om te gaan.
- verticaal soleren:
Hierin staan de akkoorden centraal en wordt 'per akkoord' gespeeld. De speler zoekt bij elk akkoord mooie patronen en lijnen en zoekt passende verbindingen om naar het volgende akkoord te komen.
Voor zo'n improvisatie heb je een gedegen kennis van akkoorden en een uitgebreide 'gereedschapskist' met patronen nodig.
- horizontaal soleren:
Hierbij kijkt de solist meer naar de toonsoort en het verloop van een nummer en gebruikt de akkoorden om uit te zoeken in welke ladder(s) er over het stuk geimproviseerd kan worden, dat maakt het makklijker om melodische (horizontale) lijnen te spelen. Mijn theoriecursus is hierop gebaseerd.

waarom moeilijk doen

Vaak wordt horizontaal improviseren als ouderwets en minder jazzy beschouwd en wordt er veel nadruk gelegd op het nauwgezet volgen (en laten horen) van alle akkoordovergangen. Dit kan het leven van beginnende spelers onnodig moeilijk maken.
De realiteit is dat de meeste muziek niet begint met een akkoordenschema, maar eerder met een melodie of tekst, waarbij de akkoorden later worden toegevoegd.

In plaats van de akkoorden te beschouwen als de enige leidraad, begin ik met het herleiden van een schema tot een reeks 'bruikbare noten' (zoals de majeurladder, mineurladder, en bluesladder). Dit stelt je in staat om je improvisatie eenvoudiger op te zetten en een nummer op een meer ontspannen manier te verkennen. Vervolgens kun je deze basis uitbreiden met versieringen en specifieke (afwijkende) noten die voortkomen uit de akkoorden.

Het doel is om improviseren toegankelijker te maken en de beginnende improvisator de vrijheid te geven om zijn creativiteit te uiten zonder zich overweldigd te voelen door de complexiteit van akkoordenschema's.

Voorbeelden voor en na de analyse. Links zie je het complete akkoordenschema, rechts alles dat je na de analyse nodig hebt om te improviseren. De rode tekst geeft aan welke ladder je kunt gebruiken en - zo nodig - waar je van ladder moet wisselen (voorbeeld 2). Eenvoudiger te volgen en makkelijker uit het hoofd te leren. Kennis van de meest voorkomende ladders is uiteraard wel een vereiste.

voorbeeld 1 voorbeeld 2

terug

naar boven

akkoordenschema's

omzetten in blokken...

theorie

(@jazzmo)

© 2023 moklein @webmaster